9.5 uit 67 Google reviews

Algemene voorwaarden

eming-technisch-uitzendbureau

Artikel 1. Definities

In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder:

  1. Uitzendonderneming: iedere natuurlijke of rechtspersoon die in het kader van de uitoefening van beroep of bedrijf aan een inlener uitzendkrachten ter beschikking stelt voor het verrichten van werkzaamheden ten behoeve van deze inlener;
  2. Uitzendkracht: iedere natuurlijke persoon die door tussenkomst van een uitzendonderneming werkzaamheden verricht of gaat verrichten ten behoeve van een inlener;
  3. Inlener: iedere natuurlijke of rechtspersoon die zich door tussenkomst van een uitzendonderneming voorziet van uitzendkrachten;
  4. Opdrachtbevestiging: de overeenkomst tussen een uitzendonderneming en een inlener op basis waarvan een uitzendkracht ten behoeve van die inlener door tussenkomst van die uitzendonderneming werkzaamheden zal verrichten;
  5. Opdrachtgeverstarief: het bedrag per uur dat de inlener aan de uitzendonderneming verschuldigd is voor de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht;
  6. Uitzendovereenkomst: de arbeidsovereenkomst waarbij de uitzendkracht door de uitzendonderneming ter beschikking wordt gesteld aan een inlener om krachtens een door deze met de uitzendonderneming gesloten opdrachtbevestiging arbeid te verrichten onder toezicht en leiding van die inlener;
  7. Arbeidsbemiddelingsonderneming: iedere natuurlijke of rechtspersoon die ten behoeve van een werkgever, een werkzoekende, dan wel beiden, behulpzaam is bij het zoeken van arbeidskrachten onderscheidenlijk arbeidsgelegenheid, waarbij de totstandkoming van een arbeidsovereenkomst wordt beoogd.
  8. Opdrachtgever: iedere natuurlijke of rechtspersoon die gebruik maakt van de diensten van een arbeidsbemiddelingsonderneming.
  9. Arbeidsbemiddelingsovereenkomst: de overeenkomst tussen een arbeidsbemiddelingsonderneming en een opdrachtgever en/of een werkzoekende tot het verrichten van de onder 7 genoemde diensten.
  10. NBBU-cao: de cao voor uitzendkrachten die geldt voor uitzendondernemingen die als lid zijn aangesloten bij de Nederlandse Bond van Bemiddelings- en Uitzendondernemingen (NBBU).
  11. Waar in deze algemene voorwaarden gesproken wordt over uitzendkrachten, wordt bedoeld: mannelijke en vrouwelijke uitzendkrachten en waar gesproken wordt over hem en/of hij, wordt bedoeld: hem/haar of hij/zij.

Artikel 2. Toepasselijkheid van deze voorwaarden

  1. Deze voorwaarden zijn van toepassing op iedere aanbieding van de uitzendonderneming aan, en op iedere opdrachtbevestiging tussen de uitzendonderneming en een inlener waarop de uitzendonderneming deze voorwaarden van toepassing heeft verklaard, alsmede op de daaruit voortvloeiende leveringen en diensten van welke aard dan ook tussen de uitzendonderneming en een inlener, voor zover van deze voorwaarden niet door partijen nadrukkelijk schriftelijk is afgeweken.
  2. De inlener met wie eenmaal op deze voorwaarden werd gecontracteerd, wordt geacht stilzwijgend met de toepasselijkheid daarvan op een later met de uitzendonderneming gesloten opdrachtbevestiging in te stemmen.
  3. Alle aanbiedingen, ongeacht de wijze waarop deze zijn gedaan, zijn vrijblijvend.
  4. De uitzendonderneming is niet gebonden aan algemene voorwaarden van de inlener voor zover die afwijken van deze voorwaarden.
  5. Als enige bepaling uit deze voorwaarden nietig is of wordt vernietigd, zullen de overige bepalingen van deze voorwaarden volledig van kracht blijven en zullen partijen in overleg treden teneinde nieuwe bepalingen ter vervanging van de nietige of vernietigde bepalingen overeen te komen, waarbij zoveel mogelijk het doel en de strekking van de nietige of vernietigde bepaling in acht zal worden genomen.

 

Artikel 3. Wijze van facturering

  1. De facturen van de uitzendonderneming zijn, tenzij anders afgesproken, mede gebaseerd op de ingevulde en door de inlener voor akkoord bevonden tijdverantwoording.
  2. De inlener is verantwoordelijk voor de juiste, tijdige en volledige invulling en accordering van de tijdverantwoording. De accordering vindt plaats via (digitale) ondertekening van de tijdverantwoording tenzij anders overeengekomen.
  3. Bij verschil tussen de bij de uitzendonderneming ingeleverde tijdverantwoording en de door de inlener behouden gegevens daarvan geldt de bij de uitzendonderneming ingeleverde tijdverantwoording als juist, tenzij de inlener het tegendeel aantoont.
  4. Als de uitzendkracht de gegevens van de tijdverantwoording betwist, kan de uitzendonderneming het aantal gewerkte uren en overige kosten factureren volgens de opgave van de uitzendkracht, tenzij de inlener aantoont dat de tijdverantwoording correct is.
  5. De inlener draagt er zorg voor dat de facturen van de uitzendonderneming zonder enige inhouding, korting of verrekening binnen 14 dagen na factuurdatum zijn betaald
  6. Tariefwijzigingen tengevolge van CAO-verplichtingen en wijzigingen in of tengevolge van wet- en regelgeving zoals fiscale en sociale wet- en regelgeving, worden met ingang van het tijdstip van die wijzigingen aan de inlener doorberekend en zijn dienovereenkomstig door de inlener verschuldigd, ook als deze wijzigingen zich voordoen tijdens de duur van een opdrachtbevestiging.

Artikel 4 Betalingsvoorwaarden

  1. Uitsluitend rechtstreekse betalingen aan de uitzendonderneming werken voor de inlener bevrijdend
  2. Rechtstreekse betaling, dan wel verstrekking van voorschotten door de inlener aan de uitzendkracht zijn niet toegestaan, ongeacht de reden waarom of de wijze waarop zulks geschiedt.
  3. Als de inlener een factuur betwist, zal dit binnen acht dagen na verzenddatum van de betreffende factuur schriftelijk door de inlener aan de uitzendonderneming kenbaar worden gemaakt, op straffe van verval van het recht op betwisting. Een betwisting van de factuur schort de betalingsverplichting van de inlener niet op.
  4. Bij niet, niet tijdige of niet volledige betaling door de inlener van enig door hem verschuldigd bedrag, is hij met ingang van de vervaldatum van de betreffende factuur van rechtswege in verzuim. Vanaf dat moment is de inlener tevens een vertragingsrente van 1% per maand, een gedeelte van een maand voor een hele maand rekenende, over het bruto factuurbedrag aan de uitzendonderneming verschuldigd.
  5. Alle kosten, zowel in als buiten rechte, de kosten van rechtskundige bijstand daaronder begrepen, die de uitzendonderneming moet maken ten gevolge van het niet nakomen van de betalingsverplichtingen door de inlener, zijn voor rekening van de inlener.

Artikel 5. Ontbinding

  1. Als een partij in gebreke blijft aan zijn verplichtingen uit de opdrachtbevestiging te voldoen, is de andere partij gerechtigd de opdrachtbevestiging door middel van een aangetekend schrijven buitengerechtelijk te ontbinden. De ontbinding zal pas plaatsvinden nadat de in gebreke gestelde partij schriftelijk op de hoogte is gesteld van de ingebrekestelling en hem een redelijke termijn is geboden om de ernstige tekortkoming te zuiveren.
  2. Voorts is de ene partij gerechtigd, zonder dat enige aanmaning of ingebrekestelling zal zijn vereist, buiten rechte de opdrachtbevestiging door middel van een aangetekend schrijven met onmiddellijke ingang geheel of gedeeltelijk te ontbinden als: a. de andere partij (voorlopige) surséance van betaling aanvraagt of hem (voorlopige) surséance van betaling wordt verleend; b. de andere partij zijn eigen faillissement aanvraagt of in staat van faillissement wordt verklaard; c. de onderneming van de andere partij wordt geliquideerd; d. de andere partij zijn huidige onderneming staakt; e. buiten toedoen van de ene partij op een aanmerkelijk deel van het vermogen van de andere partij beslag wordt gelegd, dan wel indien de andere partij anderszins niet langer in staat moet worden geacht de verplichtingen uit de opdrachtbevestiging na te kunnen komen.
  3. Als de inlener op het moment van de ontbinding reeds prestaties ter uitvoering van de opdrachtbevestiging had ontvangen, kan hij de opdrachtbevestiging slechts gedeeltelijk ontbinden en wel uitsluitend voor dat gedeelte, dat door of namens de uitzendonderneming nog niet is uitgevoerd.
  4. Bedragen die de uitzendonderneming vóór de ontbinding aan de inlener heeft gefactureerd in verband met hetgeen zij reeds ter uitvoering van de opdrachtbevestiging heeft gepresteerd, blijven onverminderd door inlener aan haar verschuldigd en worden op het moment van de ontbinding direct opeisbaar.
  5. Als de inlener, na ter zake in gebreke te zijn gesteld, enige verplichting voortvloeiende uit de opdrachtbevestiging niet, niet volledig of niet tijdig nakomt, is de uitzendonderneming gerechtigd haar verplichtingen jegens de inlener op te schorten zonder daardoor tot enige schadevergoeding jegens de inlener gehouden te zijn.

Artikel 6. Aansprakelijkheid

  1. Behoudens bepalingen van dwingend recht, alsmede met inachtneming van de algemene normen van redelijkheid en billijkheid, is de uitzendonderneming niet gehouden tot enige vergoeding van schade van welke aard dan ook, direct of indirect, ontstaan aan de uitzendkracht of aan zaken dan wel personen bij of van de inlener of een derde, welke schade is ontstaan als een gevolg van: a. de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht door de uitzendonderneming aan de inlener, ook wanneer mocht blijken dat die uitzendkracht niet blijkt te voldoen aan de door de inlener aan hem gestelde vereisten b. eenzijdige opzegging van de uitzendovereenkomst door de uitzendkracht c. toedoen of nalaten van de uitzendkracht, de inlener zelf of een derde, waaronder begrepen het aangaan van verbintenissen door de uitzendkracht.
  2. Eventuele aansprakelijkheid van de uitzendonderneming voor enige directe schade is in ieder geval, per gebeurtenis, beperkt tot 50% van het betreffende gefactureerde dan wel te factureren bedrag. Voor indirecte schade, waaronder gevolgschade, is de uitzendonderneming nimmer aansprakelijk.
  3. De inlener is verplicht om zorg te dragen voor een afdoende, totaal dekkende aansprakelijkheidsverzekering voor alle directe en indirecte schade als bedoeld in lid 1 van dit artikel.
  4. In ieder geval dient de inlener de uitzendonderneming te vrijwaren tegen eventuele vorderingen van de uitzendkracht of derden, tot vergoeding van schade als bedoeld in lid 1 van dit artikel geleden door die uitzendkracht of derden.
  5. De in leden 1 en 2 van dit artikel opgenomen beperkingen van aansprakelijkheid komen te vervallen, als er sprake is van opzet of grove schuld aan de zijde van de uitzendonderneming en/of diens leidinggevend personeel.
  6. De uitzendonderneming heeft te allen tijde het recht, indien en voor zover mogelijk, eventuele schade van de inlener ongedaan te maken. Hiertoe wordt tevens gerekend het recht van de uitzendonderneming maatregelen te treffen die eventuele schade kan voorkomen dan wel beperken.

Artikel 7. Overmacht

  1. In geval van overmacht van de uitzendonderneming zullen haar verplichtingen uit hoofde van de opdrachtbevestiging worden opgeschort, zolang de overmacht toestand voortduurt. Onder overmacht wordt verstaan elke van de wil van de uitzendonderneming onafhankelijke omstandigheid, die de nakoming van de opdrachtbevestiging blijvend of tijdelijk verhindert en welke noch krachtens wet, noch naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid voor haar risico behoort te komen.
  2. Zodra zich bij de uitzendonderneming een overmacht toestand voordoet als in lid 1 van dit artikel bedoeld, zal zij daarvan mededeling doen aan de inlener.
  3. Voor zover daaronder niet reeds begrepen, wordt onder overmacht tevens verstaan: werkstaking, bedrijfsbezetting, blokkades, embargo, overheidsmaatregelen, oorlog, revolutie en/of enig daaraan gelijk te stellen toestand, stroomstoringen, storingen in elektronische communicatielijnen, brand, ontploffing en andere calamiteiten, waterschade, overstroming, aardbeving en andere natuurrampen, alsmede omvangrijke ziekte van epidemiologische aard van personeel.
  4. Zolang de overmacht toestand voortduurt, zullen de verplichtingen van de uitzendonderneming zijn opgeschort. Deze opschorting zal echter niet gelden voor verplichtingen waarop de overmacht geen betrekking heeft en reeds voor het intreden van de overmacht toestand zijn ontstaan.
  5. Als de overmacht toestand drie maanden heeft geduurd, of zodra vaststaat dat de overmacht toestand langer dan drie maanden zal duren, is ieder der partijen gerechtigd de opdrachtbevestiging tussentijds te beëindigen zonder inachtneming van enige opzegtermijn. De inlener is ook na zodanige beëindiging van de opdrachtbevestiging gehouden de door hem aan de uitzendonderneming verschuldigde vergoedingen, die betrekking hebben op de periode vóór de overmacht toestand, aan de uitzendonderneming te betalen
  6. De uitzendonderneming is tijdens de overmacht toestand niet gehouden tot vergoeding van enigerlei schade van of bij de inlener, noch is zij daartoe gehouden na beëindiging van de opdrachtbevestiging als in lid 5 van dit artikel bedoeld.

Artikel 8. Het inlenen van uitzendkrachten

  1. De uitzendovereenkomst wordt aangegaan tussen de uitzendkracht en de uitzendonderneming. Op de uitzendovereenkomst is de NBBU-CAO voor Uitzendkrachten van toepassing. Tussen de inlener en de uitzendkracht bestaat er geen arbeidsovereenkomst.
  2. Bij het terbeschikking stellen van de uitzendkracht door de uitzendonderneming aan de inlener, werkt de uitzendkracht feitelijk onder leiding en toezicht van de inlener. De inlener neemt daarbij dezelfde zorgvuldigheid in acht als tegenover zijn eigen werknemers. De uitzendonderneming heeft als formele werkgever geen zicht op de werkplek en de te verrichten werkzaamheden
  3. De werkzaamheden worden uitgevoerd zoals overeengekomen in de opdrachtbevestiging. Als de inlener hiervan af wenst te wijken gedurende de opdrachtbevestiging, geschiedt dit uitsluitend in overleg met de uitzendonderneming

Artikel 9. (Uur)beloning en overige vergoedingen van de uitzendkracht

  1. Het loon en de vergoedingen van de uitzendkracht worden vooraf aan de terbeschikkingstelling en zo nodig gedurende de terbeschikkingstelling bepaald en zijn gelijk aan het loon en vergoedingen die worden toegekend aan vergelijkbare werknemers, werkzaam in gelijkwaardige functies, in dienst van de inlener (het zogenoemde loonverhoudingsvoorschrift).
  2. Onder het loon en overige vergoedingen vallen de volgende componenten: a. uitsluitend het geldende periodeloon in de schaal; b. de van toepassing zijnde arbeidsduurverkorting. Deze kan – zulks ter keuze van de uitzendonderneming- gecompenseerd worden in tijd en/ of geld; c. toeslagen voor overwerk, verschoven uren, onregelmatigheid (waaronder feestdagentoeslag) en ploegendienst; d. initiële loonstijging; e. onbelaste kostenvergoedingen: reiskosten en andere kosten noodzakelijk wegens de uitoefening van de functie; f. periodieken.
  3. De inlener informeert de uitzendonderneming tijdig over de componenten zoals genoemd in lid 2. Indien de inlener de uitzendonderneming onjuiste inlichtingen verstrekt over deze componenten is de uitzendonderneming gerechtigd om vanaf het moment van aanvang van de betreffende functie, met terugwerkende kracht, het loon en overige vergoedingen van de uitzendkracht alsmede het tarief van de inlener dienovereenkomstig te corrigeren en bij de inlener in rekening te brengen.
  4. Als het loon en de vergoedingen van de uitzendkracht niet kunnen worden vastgesteld volgens het loonverhoudingsvoorschrift, dan worden ze vastgesteld in overleg tussen uitzendonderneming, uitzendkracht en inlener. Leidraad hierbij zijn het opleidingsniveau en de ervaring van de uitzendkracht en daarnaast de verantwoordelijkheden en benodigde capaciteiten die invulling van de functie met zich meebrengen.
  5. Als de inlener vanuit zijn bedrijfsvoering de uitzendkracht verplicht te beschikken over bepaalde benodigdheden, zoals een verklaring omtrent goed gedrag of persoonlijke beschermingsmiddelen, worden deze –voor zover mogelijk- door de inlener verstrekt. Indien de benodigdheden door de uitzendonderneming worden verzorgd is de uitzendonderneming gerechtigd de kosten die daarmee samenhangen bij de inlener in rekening te brengen.

Artikel 10. Inhoud van de opdrachtbevestiging en opzegtermijnen

  1. In de opdrachtbevestiging wordt de duur van de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht vermeld en wanneer deze op voorhand nog niet duidelijk is, een zo nauwkeurig mogelijke schatting daarvan. Voor zover mogelijk en wenselijk worden daarin verder de begin- en einddatum van de terbeschikkingstelling, het aantal te werken uren, de opzegtermijn en de arbeidsvoorwaarden van de uitzendkracht vastgelegd.
  2. Als het uitzendbeding van toepassing is op de uitzendovereenkomst hoeven de uitzendonderneming of de inlener geen opzegtermijn in acht te nemen als zij de terbeschikkingstelling tussentijds wensen te beëindigen, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen.
  3. Als het uitzendbeding niet van toepassing is op de uitzendovereenkomst is er sprake van een uitzendovereenkomst voor bepaalde of onbepaalde tijd. In dit geval eindigt de opdrachtbevestiging slechts door het verstrijken van de overeengekomen duur van de terbeschikkingstelling, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen.
  4. Als de inlener de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht die op basis van een uitzendovereenkomst voor bepaalde of onbepaalde tijd werkzaam is, tussentijds wenst te beëindigen, zal de inlener aan de uitzendonderneming een terstond opeisbare vergoeding verschuldigd zijn. Deze vergoeding bedraagt 100% van het laatstgeldende opdrachtgeverstarief voor de betrokken uitzendkracht, vermenigvuldigd met het aantal van de in de opdrachtbevestiging overeengekomen uren, gelegen in de periode vanaf het moment van tussentijdse beëindiging tot het moment van afloop van de opdrachtbevestiging zoals in eerste instantie overeengekomen.
  5. Als de inlener de terbeschikkingstelling wenst te beëindigen terwijl er niets is overeengekomen omtrent de duur van de terbeschikkingstelling en de uitzendkracht op basis van een uitzendovereenkomst voor bepaalde of onbepaalde tijd werkzaam is, geldt er een opzegtermijn van één kalendermaand, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen.

Artikel 11. Aangaan rechtstreekse arbeidsverhouding door inlener met de uitzendkracht

  1. Als de inlener met een hem door de uitzendonderneming ter beschikking gestelde of te stellen uitzendkracht rechtstreeks een arbeidsovereenkomst, dan wel een andersoortige arbeidsverhouding wil aangaan, stelt hij de uitzendonderneming daarvan onverwijld schriftelijk in kennis. Partijen treden vervolgens in overleg om de wens van de inlener te bespreken.
  2. De inlener gaat niet rechtstreeks een arbeidsovereenkomst met de uitzendkracht aan, als de uitzendkracht de uitzendovereenkomst met de uitzendonderneming niet rechtsgeldig heeft beëindigd.
  3. Indien een uitzendkracht door tussenkomst van de uitzendonderneming aan een (potentiële) opdrachtgever is voorgesteld en deze mogelijke opdrachtgever met die uitzendkracht een arbeidsverhouding aangaat voor dezelfde of een andere functie voordat de terbeschikkingstelling tot stand komt, is deze mogelijke opdrachtgever een vergoeding verschuldigd van 25% van het opdrachtgeverstarief, dat voor de betrokken uitzendkracht van toepassing zou zijn geweest over een periode van 1.040 uren, indien de terbeschikkingstelling tot stand zou zijn gekomen. De opdrachtgever is deze vergoeding altijd verschuldigd indien de opdrachtgever in eerste instantie door tussenkomst van de uitzendonderneming in contact is gekomen met de uitzendkracht. Ook indien de uitzendkracht binnen 3 maanden nadat het contact tot stand is gekomen rechtstreeks of via derden bij de opdrachtgever solliciteert of indien de opdrachtgever de uitzendkracht binnen 3 maanden nadat het contact tot stand is gebracht rechtstreeks of via derden benadert, en naar aanleiding daarvan met de betreffende uitzendkracht een arbeidsverhouding aangaat, is de opdrachtgever de vergoeding verschuldigd zoals genoemd in de eerste volzin van dit lid.
  4. Indien de opdrachtgever een arbeidsverhouding aangaat met de uitzendkracht tijdens een opdracht die tussentijds opzegbaar is, is de opdrachtgever gerechtigd te besluiten de krachtens opdracht overeengekomen opzegtermijn niet in acht te nemen. In dat geval is de opdrachtgever echter gehouden de schade te vergoeden die de uitzendonderneming hierdoor lijdt. Deze schade wordt gefixeerd op 25% van het opdrachtgeverstarief over de niet in acht genomen opzegtermijn voor de betreffende opdracht.
  5. Indien de opdrachtgever met de uitzendkracht een arbeidsverhouding aangaat tijdens een opdracht die niet tussentijds opzegbaar is, is de opdrachtgever gehouden het overeengekomen opdrachtgeverstarief voor de betreffende uitzendkracht voor de resterende duur van de opdracht te voldoen, voor zover van toepassing.
  6. Het opdrachtgeverstarief, zoals meermalen vermeld in dit artikel, wordt berekend over het per periode (week, maand, en dergelijke) krachtens opdracht en voorwaarden laatstelijk geldende of gebruikelijke aantal uren of overuren, als ware de opdracht tot stand gekomen respectievelijk niet geëindigd, met een minimum van 20 uur per week.

Artikel 12. Selectie van uitzendkrachten

  1. De uitzendkracht wordt door de uitzendonderneming gekozen enerzijds aan de hand van de bij de uitzendonderneming bekende hoedanigheden en kundigheden van de voor uitzending beschikbare uitzendkrachten en anderzijds aan de hand van de door de inlener aan de uitzendonderneming verstrekte inlichtingen betreffende de op te dragen werkzaamheden.
  2. Niet-functierelevante eisen bij het verstrekken van inlichtingen betreffende de op te dragen werkzaamheden, zoals bedoeld in lid 1 van dit artikel, kunnen niet door de inlener worden gesteld. In ieder geval zullen deze door de uitzendonderneming niet worden gehonoreerd.
  3. De uitzendonderneming is niet aansprakelijk voor boetes of claims die de inlener worden opgelegd omdat hij zijn verplichtingen als in de voorgaande leden bedoeld, niet is nagekomen.
  4. De inlener heeft het recht om, als een uitzendkracht niet voldoet aan de door de inlener gestelde eisen, dit binnen 4 uur na de aanvang van de werkzaamheden aan de uitzendonderneming kenbaar te maken. In dat geval is de inlener gehouden de uitzendonderneming minimaal te betalen de aan de uitzendkracht verschuldigde beloning en vergoedingen, vermeerderd met het werkgeversaandeel in de sociale lasten en premieheffing en uit de CAO voortvloeiende verplichtingen.
  5. Gedurende de looptijd van de opdrachtbevestiging is de uitzendonderneming gerechtigd om een voorstel te doen tot vervanging van de uitzendkracht, bijvoorbeeld indien de uitzendkracht niet langer in staat is de arbeid te verrichten. Het opdrachtgeverstarief zal dan opnieuw worden vastgesteld.

Artikel 13. Zorgverplichting inlener en vrijwaring jegens de uitzendonderneming

  1. De inlener is ervan op de hoogte dat hij volgens de Arbeidsomstandighedenwet en artikel 7: 658 BW de verplichting heeft om te zorgen voor een veilige werkplek van de uitzendkracht. De inlener verstrekt de uitzendkracht concrete aanwijzingen om te voorkomen dat de uitzendkracht in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt. Tevens verstrekt de inlener de uitzendkracht persoonlijke beschermingsmiddelen voor zover noodzakelijk.
  2. De inlener zal de door hem ingeleende uitzendkracht niet op zijn beurt weer doorlenen aan een derde om onder diens toezicht en leiding te werken, zonder toestemming van de uitzendonderneming.
  3. De inlener is tegenover de uitzendkracht en uitzendonderneming aansprakelijk voor en dientengevolge gehouden tot vergoeding van de schade die de uitzendkracht in de uitoefening van zijn werkzaamheden lijdt, tenzij de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de uitzendkracht, alles met inachtneming van het bepaalde in artikel 6.
  4. Als de uitzendkracht in de uitoefening van zijn werkzaamheden zodanig letsel heeft bekomen dat daarvan de dood het gevolg is, is de inlener overeenkomstig artikel 6:108 BW jegens de in dat artikel bedoelde personen en jegens de uitzendonderneming gehouden tot vergoeding van de schade aan de bedoelde personen, tenzij de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de uitzendkracht, alles met inachtneming van het bepaalde in artikel 6.
  5. De inlener zal de uitzendonderneming te allen tijde vrijwaren tegen aanspraken, jegens de uitzendonderneming ingesteld wegens het niet nakomen door de inlener van de in lid 1 van dit artikel genoemde verplichtingen en verleent de uitzendonderneming de bevoegdheid haar aanspraken terzake aan de direct belanghebbende(n) te cederen, dan wel mede namens de uitzendonderneming tegen de inlener geldend te maken.
  6. De inlener is verplicht om zorg te dragen voor een afdoende, totaal dekkende aansprakelijkheidsverzekering voor alle directe en indirecte schade als bedoeld in dit artikel.

Artikel 14. Identificatie en persoonsgegevens

  1. De inlener stelt bij aanvang van de terbeschikkingstelling van een uitzendkracht diens identiteit vast aan de hand van het originele identiteitsdocument.
  2. De inlener behandelt de hem in het kader van de terbeschikkingstelling ter kennis gekomen persoonlijke gegevens van uitzendkrachten vertrouwelijk en verwerkt deze in overeenstemming met de bepalingen van de Wet bescherming persoonsgegevens.

Artikel 15. Geschillen

  1. Op de opdrachtbevestiging is het Nederlands recht van toepassing.
  2. Ten aanzien van geschillen tussen partijen die verband houden met de opdrachtbevestiging is uitsluitend de Nederlandse rechter bevoegd.
  3. Voor zover de berechting van dergelijke geschillen behoort tot de competentie ener rechtbank, zullen deze uitsluitend worden berecht door de rechtbank binnen het arrondissement waarbinnen de uitzendonderneming is gevestigd.
Hulp nodig?